Gemiddeld gingen er in steden meer mensen dood dan er werden geboren, maar doordat mensen v/h platteland naar steden bleven trekken groeiden ze toch. Stad had grote aantrekkingskracht omdat zij zich hadden ontworsteld aan greep v/d adel. Graaf, hertog of koning had hun stadsrechten gegeven, zoals recht om tol te heffen. In ruil voor die privileges droegen steden belasting af.
Adelijke heer hield enige invloed via de baljuw.
Vooral lagere adel leverde macht in, want werden afhankelijk van burgerij waardoor burgerij steeds machten. Herendiensten werden omgezet in geldbetalingen. Toch hielden heren veel meer zeggenschap over boeren dan over steden.

Rapporteer Plaats commentaar