Gemiddeld een op de vier Nederlanders is wel eens slachtoffer van veelvoorkomende delicten. Ook het aantal daders is groot: een op de zeven Nederlanders heeft wel eens en winkeldiefstal gepleegd en een op de vijf heeft wel eens gevochten. Bij jongens is dit percentage een stuk hoger. Veel criminologen en psychologen proberen uit te zoeken hoe criminaliteit ontstaat en hoe het bestreden moet worden. In het boek staan op pagina 44 en 45 zeven theorieën over de oorzaken van crimineel gedrag. Welke theorie geeft volgens jou de beste verklaring? 


Lombroso theorie van Cesare Lambroso
Geboren criminelen kun je herkennen aan bepaalde uiterlijke kenmerken.
 
Rationele keuzetheorie van Marcus Felson
De gelegenheid maakt de dief, ieder individu kiest voor zichzelf de meest gunstige (soms criminele) optie
 
Sociobiologie van Edward Wilson
Menselijk gedrag wordt heel sterk bepaald door genetische, dus erfelijke factoren (DNA).
 
Bindingstheorie van Travis Hirschi
In iedereen schuilt een misdadiger, bindingen met mensen zorgen er echter voor dat we die misdaden niet begaan. Mensen met weinig bindingen begaan dus sneller een misdrijf. 
 
Psychoanalyse van Sigmund Freud
Er is een verband tussen crimineel gedrag en een storing in de psyche.
 
Aangeleerd-gedrag-theorie van Edwin Sutherland
Crimineel gedrag is aangeleerd, contact met criminelen zorgt ervoor dat je zelf crimineel wordt.
 
Anomietheorie Robert Merton
Mensen vertonen crimineel gedrag als ze hun levensdoelen niet bereiken, ze begaan een misdaad om toch de gewenste welvaart te krijgen.