Gemeenschap omvat, wat baten betreft, alle tegenwoordige en toekomstige goederen echtgenoten art. 1:94 lid 1. Tegenwoordige en toekomstige goederen dienen wij te verstaan als alle zaken en alle vermogensrechten art. 3:1, zowel tijd tijde van huwelijkssluiting aanwezig, als welke gedurende huwelijk nog verkregen worden; dit alles valt in huwelijksgemeenschap. 
Zaken zijn voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten art. 3:@. Vermogensrechten zijn rechten, hetzij afzonderlijk of tezamen met ander recht, overdraagbaar zijn, of ertoe strekken rechthebbende stoffelijk voordeel te verschaffen of verkregen zijn in ruil voor verstrekt of in vooruitzicht gesteld stoffelijk voordeel art. 3:6.

Vermogensrechten hebben gemeenlijk als kenmerk, dat zij op geld waardeerbaar en vatbaar voor overdracht en vererving zijn. Hierop bestaan uitzonderingen, rechten dus, die die kenmerken missen en toch als vermogensrechten worden beschouwd. Bijv. beperkte rechten van gebruik en bewoning, noch voor overdracht of vererving vatbaar. Recht van vruchtgebruik, dat eindigt bij overlijden van gerechtigde art. 3:203 lid 2. 

Tot gemeenschap behoren ook schulden. 

Rapporteer Plaats commentaar