Geluidsfragment 5
in het uit de 2e scene van de 2e akte afkomstige che puro ciel schildert Orpheus zijn verrukking over de vredige natuur in de Elyzeese velden, waar hij zojuist is gearriveerd. De melodie en de begeleiding ontleende Gluck aan een van zijn vroegere werken, de Metastasiaanse opera Ezio (1750). De muzikale vorm van Che puro chiel laat zich moeilijk etiketteren. Gluck zelf heeft er de benaming 'quasie recitativo' aangegeven. Gerritsen spreekt van een arioso, een overgangsvorm tussen aria en recitatief. De aanduiding 'toongedicht met vocaal commentaar' is eveneens te verdedigen. 
juist/onjuist?