Geldigheid: doelen we op de vraag of een regel van internationaal recht in de nationale rechtsorde de status heeft en in die zin dus geldig is. Twee modellen betreffende omzetting van internationaal recht en automatische geldigheid van internationaal recht in de nationale rechtsorde:

• Monistisch: automatische geldigheid. Zodra een internationale regel verbindend wordt voor een staat, wordt de regel deel van de nationale rechtsorde en in beginsel kan hij op voet van gelijkheid met nationaal recht worden toegepast. Overheidsmacht wordt hier begrenst en beschermt burgers tegen de staat.
• Dualistisch: een regel van internationaal recht heeft slechts juridische betekenis in de nationale rechtsorde indien de nationale wetgever die regel uitdrukkelijk omzet in nationaal recht. Staten wensen de nationale rechtsorde te beschermen tegen extern recht. Het parlement speelt in deze staat geen rol bij sluiting of bekrachtiging.