Gehaltes

1. Wat is de molariteit? Leg uit. 
2. Het aantal mol zout dat per liter wordt opgelost, is niet altijd gelijk aan de molariteit van de ionen in de oplossing. Leg uit. 
3. Wat is percentage? En ppm? En ppb? En hoe bereken deze?

4. Wat wordt er bedoeld met de verdunningsfactor? En hoe bereken je deze?

1. Wanneer er sprake is van een mengsel van stiffen is het handig uit te kunnen drukken hoe groot het gehalte van de verschillende stoffen in het mengsel is. Omdat deeltjes met elkaar reageren in een bepaalde molverhouding, worden concentraties van oplossingen vaak niet uitgedrukt in gram per liter maar in mol per liter. De concentratie van een oplossing, uitgdrukt in mol per liter, wordt de molariteit van de oplossing genoemd (in mol/L) 
[A] = n/V

2. Dit komt omdat zouten als ze worden opgelost uit elkaar vallen in ionen. Zo bestaat 1 mol Pb(NO3)2 uit 1 mol Pb2+-ionen en 2 mol NO3- -ionen. De molariteit van NO3- is 2 keer zou hoog als die van het zout dat wordt opgelost. 

3. Een gehalte kun je uitdrukken in het aantal delen dat de stof uitmaakt van het geheel. Wanneer het om honderdste delen gaat, spreekt men van een percentage. (deel/geheel x 100%). Wanneer het gehalte erg laag is, drukt met het uit in miljoenste (ppm) of zelfs miljardste (ppb). ppm = deel/geheel x 10 tm 6%,     ppb = deel/geheel x 10 tm 9%

4. De verdunningsfactor is de factor waarmee iets verdunt wordt. Bij het verdunnen wordt een bepaalde oplossing minder geconcentreerd. De concentratie vd stof in de oplossing wordt lager. De verdunningsfactor bereken je als volgt: cbegin/ceind = Vbegin/Veind
Veind is dus niet hoeveel je erbij doet, maar het eindevolume.