Gegevens zijn op zichzelf staande feiten. Sommige gegevens in je omgeving pik je actief op en vergroten op dat moment je kennis. Dan is er sprake van informatie. Informatie omvat gegevens die de kennis van de ontvanger vergroten.

Informatie moet aan de volgende eisen voldoen:

• Betrouwbaar: als ontvanger van informatie moet je kunnen aannemen dat de informatie juist en volledig is.
  
• Relevant: informatie is alleen relevant als het een antwoord geeft op jouw informatiebehoefte. Als je wilt weten hoe laat je een afspraak hebt en je mobiel laat je het weer zien in plaats van je agenda, dan is de informatie over het weer voor jou op dat moment niet relevant.
  
• Tijdig: de informatie moet op het juiste moment aankomen. Als je op zoek bent naar informatie over het weer van morgen, dan heb je niks aan het weerbericht van een maand geleden.
  

Soorten informatie

• Beslissingsinformatie: informatie die je gebruikt op het moment dat je een beslissing moet nemen
  
• Verantwoordingsinformatie: informatie die je gebruikt om uit te leggen waarom je een bepaalde beslissing hebt genomen (verantwoording)
  
• Feedbackinformatie: informatie die je kan vergelijken met een gestelde norm binnen je bedrijf. Voorbeeld: het vergelijken van vooraf begrote grondstofkosten met de werkelijke grondstofkosten.