Geestelijke stoornis

  • art. 3:34 'heeft iemand wiens geestvermogens blijvend of tijdelijk zijn gestoord iets verklaard, dan wordt een met de verklaring overeenstemmende wil geacht te ontbreken, indien de stoornis een redelijke waardering der bij de handeling betrokken belangen belette, of indien de verklaring onder invloed van die stoornis is gedaan.

    Rapporteer Plaats commentaar
  • Onder invloed gemaakte overeenkomst = niet geldig

    Rapporteer Plaats commentaar
  • Een krankzinnige, of iemand die onder invloed van alcohol, drugs of medicijnen is geweest ten tijde van de verklaring.

    Rapporteer Plaats commentaar
  • Bij het ontbreken van een met de verklaring overeenstemmende wil is de rechtshandeling vernietigbaar (art. 3:34 BW). Bij nadeel voor de geestelijk gestoorde wordt er van uitgegaan dat de wil ontbreekt. Wedepartij kan een beroep op het vertrouwensbeginsel doen (art. 3:35 BW).

    Rapporteer Plaats commentaar

  • Degene die een beroep doet op een wilsontbreken (versproken, verschreven), zal dit moeten bewijzen. Dit is niet eenvoudig bij een geestelijke stoornis.
    art 3:34 is van toepassing als iemands geestvermogen blijvend of tijdelijk zijn gestoord. Degene die zich op een geestelijke stoornis beroept, moet feiten en omstandigheden stellen en bewijzen die kunnen leiden tot de conclusie dat inderdaad van een geestelijke stoornis sprake is.
    De artikel stelt dat in de volgende twee gevallen de verklaring overeenstemmende wil ontbreekt (aan de hand van de geestelijke stoornis)
    -De stoornis belette een redelijke waardering van de bij de handeling betrokken belangen, of
    -De verklaring is onder invloed van de stoornis gedaan (het moet wel nadelig voor de gestoorde zijn en het nadeel moet op het moment van de handeling kon worden voorzien)

    Gerechtvaardigd vertrouwen (is de wederpartij op de hoogte van de geestelijke stoornis, dan is er geen gerechtvaardigd vertrouwen. Dan is de aangegane rechtshandeling vernietigbaar. De rechtshandeling is we geldig totdat door de gestoorde een beroep op wilsstoornis wordt gedaan.

    Rapporteer Plaats commentaar
  • Op het uitgangspunt dat het ontbreken van de wil nietigheid van de rechtshandeling met zich brengt, maakt de wet in artikel 3:34 BW een uitzondering. Indien de discrepantie tussen wil en verklaring is veroorzaakt door een geestelijke stoornis van de handelende partij, dan komt er wel een geldige rechtshandeling tot stand, maar is de rechtshandeling vernietigbaar. Een eenzijdige niet-gerichte rechtshandeling is echter van rechtswege nietig (art. 3:34, tweede lid, BW).

    Onder geestelijke stoornis vallen niet alleen zij die geestesziek zijn, maar ook zij die handelen in een toestand van dronkenschap, narcose, hypnose, verstrooidheid en hevige opwinding. Artikel 3:34, eerste lid, BW betreft alleen verklaringen afkomstig van geestelijk gestoorden die (nog) handelingsbekwaam zijn. Een geestelijk gestoorde die onder curatele staat (art. 1:378, sub a, BW), is handelingsonbekwaam (art. 3:32 BW). Wanneer de geestelijk gestoorde onder curatele staat, behoeft – anders dan op grond van artikel 3:34 BW – niet te worden onderzocht of de rechtshandeling onder invloed van die geestelijke stoornis is verricht.

    Rapporteer Plaats commentaar
  • Wanneer iemand een rechtshandeling verricht terwijl hij door een geestelijke stoornis NIET kan bepalen of het rechtsgevolg in zijn belang is, wordt dit aangemerkt als het ontbreken van de wil art. 3:34 lid 1 BW
    Rechtshandeling is vernietigbaar art. 3:34 lid 2 BW

    Rapporteer Plaats commentaar