Geef voorbeelden bij de vragen die horen bij het kijken naar de omgeving.
Waarnemen : Wat zie ik, Waar zie ik dat, Hoe ziet het eruit Verklaren : Hoe komt het, waarom daar, waarom daar zo Herkennen : heb ik dat ergens anders meer gezien, zie ik dat wel vaker Waarderen : wat vind ik ervan, wat vinden anderen ervan, kan het ook anders