Geef kort weer hoe de ontwikkeling van het gebruik van taal door kinderen eruit ziet

  • Het begint al meteen na de geboorte met de ontwikkeling van het klankgeheugen, waardoor kinderen eerst klanken kunnen herkennen en vervolgens klanken kunnen produceren. Taalaanbod is hierbij onmisbaar. Dit is de zogenoemde stille periode (waarin ze niet zelf praten, maar luisteren en nieuwe woorden en zinsconstructies leren). 
    Spreken volgt de motorische ontwikkeling van lippen, tong en gehemelte. Eerst is het universeel brabbelen, maar na zes tot twaalf maanden wordt het taalspecifiek. 
    In het tweede levensjaar begint het woordgeheugen (woordgeheugen en woordvorming) en de woordproductie. 
    In het derde levensjaar leren kinderen verbanden leggen tussen verschillende woorden (zinsbegrip) en start de ontwikkeling van de zinsproductie. Zinvorming begint al eerder, rond de leeftijd van 2 tot 2,5 jaar. 
    Rond de leeftijd van 6 kan een kind alle klanken van de moedertaal uitspreken.

    Rapporteer Plaats commentaar