·Geef kort en helder weer wat besprokenis.
·Vraag of er nog belangrijke punten zijn blijvenliggen.
·Geef belangrijk informatie oppapier.
·Laat de ander niet intens huilend, laaiend of overstuurachter of weggaan.
·Geefaanbijwiedeander-enzijnnaasten-terechtkunnenmetvragenofvooropvang.
Nodig de ander - en eventueel zijn naasten - uit voor een vervolggesprek.