Geef in een kort betoog het objectivistische en het subjectivistische standpunt weer als twee mensen naar een bedrijfsproces kijken, de een vanuit het objectivistische standpunt, de andere vanuit het subjectivistische standpunt.

Objectivisten zouden ernaar kunnen neigen een bedrijfsproces te zien als iets dat een organisatie ‘heeft’ of ‘bezit’. Het is waarneembaar (te maken) als een objectieve eigenschap van de betreffende organisatie. Subjectivisten daarentegen zouden het anders zien. In hun visie zou een bedrijfsproces meer iets zijn dat de organisatie ‘is’ als het resultaat van continu interactief (dat wil zeggen ‘in communicatie over en weer’) waarnemen en betekenis verlenen.

Veel organisatietheorie en organisatiepraktijk vertrekt vanuit de objectivistische visie. Dat wil zeggen dat een bedrijfsproces als een ‘variabele’ (iets dat men kan veranderen) wordt gezien die de organisatie kenmerkt. Een variabele die bovendien objectief kan worden gemanipuleerd en veranderd om een situatie te creëren die als wenselijk wordt gezien door het management. 

Het subjectivistische standpunt zou daartegenin brengen dat een dergelijk gezichtspunt veel te simplistisch is. Zij zouden betogen dat een bedrijfsproces iets is dat steeds opnieuw wordt gecreëerd. Dat gebeurt door middel van een complexe reeks van verschijnselen zoals interacties, en fysieke factoren, zoals de lay-out van een werkruimte (bijvoorbeeld een kantoor) waaraan individuen bepaalde betekenissen ontlenen. Als je een bedrijfsproces wilt begrijpen dan moet je de betekenissen die door actoren binnen de organisatie zijn verbonden aan deze verschijnselen en die steeds veranderen, doorgronden. Daarom ook is het in de subjectivistische visie moeilijk een bedrijfsproces te isoleren, te begrijpen en vervolgens ‘los’ te manipuleren.