Geef het verschil aan tussen schuld als element en schuld als bestanddeel. Bij welke van de hoofdvragen van art. 350 Sr komen deze schuldbegrippen aan de orde?

Als we het hebben over schuld als element dan bedoelen we hiermee de verwijtbaarheid als ongeschreven strafbaarheidsvoorwaarde. Uit het beginsel geen straf zonder schuld volgt dat niemand terzake van een in beginsel strafbare gedraging strafrechtelijk aansprakelijk kan worden gesteld indien hem geen verwijt gemaakt kan worden. In het schema van art. 350 Sv komt de vraag naar verwijtbaarheid aan de orde bij de vraag naar de strafuitsluitingsgronden (derde hoofdvraag). 

 

Met schuld als bestanddeel bedoelen we de geschreven strafbaarheidsvoorwaarde: culpa. Het is een bestanddeel van culpoze delicten en wordt onder meer verwoordt met aan wiens schuld te wijten art. 307 Sr. 

Aangezien de culpa een bestanddeel van de delictsomschrijving is moet de officier van justitie ingeval hij een culpoos delict te last wil leggen de culpa in de tenlastelegging opnemen en dus ook bewijzen. In het schema van art. 350 Sv komt de aanwezigheid van de culpa dus in de eerste hoofdvraag aan de orde.