groep die belang heeft bij of invloed uitoefent op het vermogen van het bedrijf om zijn doelstellingen te verwezenlijken. o Financiële groepenbanken, aandeelhouders o Media groepentijdschriften, kranten radio- en tv-stations o Overheidoverleg over productveiligheid, waarheidsgetrouwe reclame etc. o Belangengroepen en actiegroepen consumentenorganisaties o Lokale groepenorganisaties in buurten of wijken o Het grote publiekpubliek in het algemeen tegenover producten/activiteiten. o Interne groepenwerknemers, managers, vrijwilligers raad van bestuur etc.