Geef de intensiteit van leren van meest naar minst aan

  • - wat je uitlegt aan anderen (je doet wat met je kennis: sorteert, rangschikt, welke woorden)
    - wat je persoonlijk ervaart (zelf ontdekken, aan den lijve ondervinden)
    - waar je over discussieert(actief bezig: prikkelende stelling in de groep gooien en zien wat er gebeurt)
    - wat je ziet en hoort (samenwerken, erover praten, bij elkaar kijken)
    - wat je ziet 
    - wat je hoort
    - wat je leest

    Rapporteer Plaats commentaar