Gedurende de fasen van het helpende gesprek dient de verpleegkundige een inschatting te maken of zij iets te bieden heeft op het terrein van de problematiek van de patiënt, of dat dit haar deskundigheid te boven gaat. Hierbij spelen de volgende factoren een belangrijke rol:
1. Opnameduur -> Short-stay-patiënt is met een kort verblijf zullen de verpleegkundige interventies meer beperkt zijn dan bij een patiënt die voor langere tijd is opgenomen. Wanneer de patiënt in aanmerking komt voor wijkverpleging, wordt er door de verpleegkundige een overdracht voor de thuiszorg geschreven. 2. Aard van problematiek -> Er zijn een aantal problemen die voor de patiënt verstrekkende gevolgen hebben. De verpleegkundige kan hier echter weinig meer aan doen dan een luisterend oor bieden (actief luisteren) en eventueel doorverwijzen naar andere disciplines of instanties. 3. Complexiteit van problematiek -> Hoewel er wordt gezegd dat de patiënt niet los gezien moet worden van zijn sociale en maatschappelijke situatie, zijn er problemen die hieruit voortvloeien soms van diens aard dat ondersteuning door de verpleegkundige hierbij moeilijk is. Voorbeelden: psychiatrische problematiek en verslavingsproblematiek.