Gedrag en interactie in de hier-en-nu situatie:

• 'Dit gedrag en de interactie in de hier-en-nu-situatie koppelen aan de probleemstelling, het verhaal dat het team vertelt over de werksituatie. Kunnen die twee aan elkaar gekoppeld worden?

Is er een verband tussen hoe teamleden hier met elkaar omgaan en het punt dat ze een bepaald probleem in de praktijk met naar alle waarschijnlijkheid hetzelfde gedrag niet kunnen oplossen, oftewel zichzelf met dit gedrag klem zetten?'    


'De teamcoach gaat bij zichzelf te rade (het wolkje: wat vind ik van ze?). Welke emoties en etiketten roept het bij me op?

• Scenario’s rond interventies bedenken vanuit het idee met de minste moeite de meeste beweging bewerkstelligen: direct – indirect, ‘via de band’. Welke stijl? Het criterium is ‘waar leren de teamleden het meeste van?’

• Interventie plaatsen. Hoe meer de interventie van de teamcoach gericht is op wat er zich afspeelt in de hier-en-nu-situatie, des te groter het belevingseffect. Iedereen is er immers direct bij betrokken. Hoe meer de interventie gericht is op de daar-en-dan-situatie (afstand), hoe groter de kans op een rationele (afstandelijke) groepsdiscussie. Emoties blijven dan op de achtergrond, omdat ze niet worden geraakt door de inhoudelijke interventie.'