Gedaanten van weerstand:


  • Geef me meer details: de cliënt blijft vragen om gedetailleerdere informatie. hoeveel informatie je de cliënt ook geeft het is nooit genoeg. 


  • Je wordt overspoeld met details: je krijgt teveel details. De cliënt blijft steeds meer informatie geven, waar je steeds minder van begrijpt. 


  • Tijd: De cliënt zegt door te willen gaan met het project, alleen komt het nu niet zo goed uit. Je wordt aan het lijntje gehouden. 


  • Onuitvoerbaarheid:  De cliënt blijft u er op wijzen dat het probleem zo lastig is. 


  • Dat verbaast me niets: De manager is niet verbaast over de resultaten van het onderzoek. de angst van de manager om verbaasd te staan is in werkelijkheid de wens om altijd alles onder controle te houden.


  • Aanval:  De cliënt wordt boos. de adviseur blijft achter met het gevoel dat hij slecht werk heeft afgeleverd. 


  • Verwarring:  De cliënt heeft een verlangen naar helderheid. wanneer de zaken voor de adviseur duidelijk zijn maar voor de cliënt nog steeds niet kun je denken aan een mogelijke vorm van weerstand. 


  • Stilte: Adviseur blijft toenadering zoeken tot de cliënt maar krijgt geen respons. de cliënt is passief. Stilte betekent nooit instemming. 


  • Filosoferen:  Wanneer iemand het gesprek over de wijze van aanpak een andere wending geeft en theorie na theorie begint uit te diepen over waarom dingen zijn  zoals ze zijn ben je geconfronteerd met weerstand. 


  • Moraliseren: "die mensen" "zouden moeten". wanneer je dze hoort weet je dat je op reis gaat naar een wereld van hoe dingen zouden moeten zijn. Dit zijn manieren zichzelf op een voetstuk te plaatsen. dit is een afweermiddel tegen bepaalde ongemakkelijke gevoelens. 


  • Meegaandheid: de manager is het volkomen met u eens en staat te popelen om te weten wat er nu moet gebeuren. je krijgt precies wat je wilt. dit kan ook een vorm van weerstand zijn als je in je achterhoofd houdt dat elke manager ambivalent staat t.o.v. hulp. 


  • Methodologie:  als project gegevens zijn verzameld zal er een eerste golf van vragen komen. wanneer vragen over de methode de 10 minuten grens overschrijden moet je voorzichtig denken aan weerstand. 


  • Beweren dat het goed gaat: Ergens halverwege het project blijkt dat de cliënt niet langer te kampen heeft met het probleem waarop jij je in de eerste plaats richtte. 


  • Aandringen op oplossingen: de cliënt verlangt naar oplossingen. dit kan de cliënt ervan weerhouden iets belangrijks te leren over de aard van het probleem 

Rapporteer Plaats commentaar