Gebruik van inductie en het gebruik van analogieën liggen dicht bij elkaar als redeneerstrategieën, toch is er een fundamenteel onderscheid.
  • Wat is inductief redeneren is?
  • Wat is redeneren op basis van analogie?
  • Waar zijn overeenkomsten, en waarin verschillen zij?

  • analogie =
    Een overeenkomst tussen twee zaken die voor het overige sterk van elkaar kunnen verschillen. 
    Redeneren op basis van zo'n analogie doe je bijvoorbeeld wanneer je het vliegen van de vleermuis wilt begrijpen, door het te vergelijken met het vliegen van de insekt en de vogel waarvan je de werking al begrijpt. Dit kan inderdaad helpen om het vliegen van de vleermuis te begrijpen, maar het gevaar is dat je de analogie verder door gaat trekken, en bijvoorbeeld gaat veronderstellen dat vleermuizen ook eieren leggen, of dat uilen ook slapen terwijl ze ondersteboven in een grot hangen.

    Inductief redeneren =
    Het principe waarbij je op basis van een beperkt aantal observaties een algemeen principe probeert af te leiden.
    Ook hierbij let je dus op de overeenkomsten tussen zaken, maar in tegenstelling tot het gebruik van analogieën probeer je hierbij alleen die zaken met elkaar in verband te brengen die op meerdere fronten met elkaar overeenkomen.
    Daarom zul je dan, om bij hetzelfde voorbeeld te blijven, door het zien van veel vogels besluiten dat alle vogels vliegen, maar tevens veren hebben en eieren leggen. Op basis van het gebrek aan veren en eieren bij de vleermuis en de vlinder, en eieren bij de vleermuis, zul je besluiten dat het in die gevallen toch niet om vogels gaat.

    Bij inductief redeneren probeer je dus zaken die op meerdere fronten met elkaar overeenkomen, samen te voegen tot een algemeen principe, terwijl je bij het gebruik van analogieën meestal de overeenkomst op slechts één punt gebruikt om de werking op dat ene specifieke punt te begrijpen, zonder dat je daar conclusies aan verbindt over alle andere aspecten van de zaak.

    Rapporteer Plaats commentaar