Geboren in Montepellier, doceerde hij op 15 jarige leeftijd als wonderkind wis-, natuurkunde op zijn school. Van 1817 tot 1824 ondervond hij veel invloed van de aristocraat Saint-Simon (Claude Henri De Rouvroy). Hij ambieerde professor aan de Ecole Polytechnique te worden, maar slaagde hier niet in. Nadien leefde hij als wiskundeleraar en trouwde van 1825 tot 1842 met een voormalig prostituee.  Ze verliet hem na het schrijven van zijn Cours de philosophie positive. Hierna knoopte hij een platonische relatie aan met Clothilde de Vaux, die 17 jaar jonger dan hij was. Door deze relatie kreeg hij meer oog voor gevoelszaken in sociale relaties, hetgeen terug te zien is in zijn Système de politique positive ou Traité de sociologie instituant la religion de l’humanité.

In 1854, na het uitbrengen van voorgenoemd boek besloot hij zichzelf te betitelen als Grondlegger van de universele religie, een positieve religie gebasseerd op wetenschap, die volgens hem ooit het katholicisme zou verdringen. In deze tijd verloor hij het laatste respect van zijn overgebleven academische volgers, hij was al jaren gestopt met het lezen van kritiek en reflecties op zijn werk.

 

Als privaatdocent organiseerde hij cursussen om zijn kennis over te dragen aan geleerd publiek, echter was zijn karakter onverzoenbaar met zijn werk en bleek hij tijdens zijn leven een ‘mislukking’. In 1857 stierf hij, en werd begraven op Père Lachaise. Hij kreeg een standbeeld op de Place de la Sorbonne.

Rapporteer Plaats commentaar