Geboren in 1813 tot 1855, 42 jaar
Komt uit een familie waar bijna al z’n broers en zussen gestorven zijn toen ze ongeveer 30 waren.

Gepromoveerd in 1841 op het begrip ‘ironie’. Een vorm van zelfspot. Een echte gelovige neemt zichzelf niet helemaal serieus zegt hij.


Al zijn werk heeft hij buiten de universiteit geschreven.
Hij kwam uit een hele goede familie, erfenis van zijn vader.
De erfenis kan je in geld uitdrukken, maar ook in geestelijke zin. Z’n vader heeft zich op jonge leeftijd vervloekt. Hij dacht altijd dat hij leefde onder een vloek. Dit drukte op de familie.


Zijn verloofde was Regina Olsen. Op gegeven moment kwam hij erachter dat hij Regina nooit de liefde zou kunnen geven die zij nodig heeft. Als ik Regina liefheb moet ik de verloving verbreken. 


Kierkegaard wil niet dat zij om hem rouwt, door heel asociaal te doen. Bot.
Als je iets liefhebt moet je soms afstand doen om iemand tot bloei te laten komen die je lief hebt, zegt hij.


Kierkegaard had moeite met de Deense Staatskerk. Hij vindt dat de Deense staatskerk van het geloof een standaard gemaakt. Het levende geloof eruit. Jezus aangepast. 


Vader van het existentialisme. (het draait om jouw keuze)
Het leven zit vol met radicale beslissingen. Je bent verantwoordelijk voor je eigen bestaan. Geen excuses.