Geboorteregeling betekend dat een vrouw bepaalt of zij een kind wil of niet. Als een vrouw niet zwanger wil worden kan zij voorbehoedmiddelen  (anticonceptiemiddelen) gebruiken. Zoals een condoom en de pil. Er zijn ook onbetrouwbare methoden zoals periodiek onthouding. Hierbij hebben man en vrouw geen geslachtsgemeenschap in de vruchtbare periode van ongeveer 4 dagen, maar omdat niet precies zeker is wanneer die 4 dagen dan zijn, is het een erg onbetrouwbare methode. Bij coïtus interruptus (onderbroeken geslachtsgemeenschap) trekt de man zijn penis voor de vagina terug als hij zijn orgasme voelt aankomen. Ook dit is onbetrouwbaar omdat er misschien al voorvocht in de vagina terecht is gekomen.
Een condoom is een hoesje van dun rubber dat om de penis in erectie wordt geschoven. Hierdoor komt er geen sperma in de vagina. Een condoom biedt ook bescherming tegen het overbrengen van ziekteverwekkers zoals aids.
De pil (anticonceptiepil) is het meest gebruikte voorbehoedmiddel. De pil wordt dagelijks ingenomen en bevat een hormoon waardoor er geen ovulatie meer optreedt. Soms gaat er wel eens iets mis (noodmaatregel na geslachtsgemeenschap) en moet de morning-afterpil worden gebruikt. Deze pil moet maximaal binnen 72 uur na de geslachtsgemeenschap worden geslikt en werkt het beste als deze binnen 12 uur wordt geslikt. Als een vrouw ervoor kiest om haar zwangerschap af te breken, kan zij om een abortus vragen. Dit kan d.m.v. een abortuspil of een zuigcurettage.