Gebarentalen zijn echte talen. American Sign Language heeft een lexicon, welke bestaan uit een eindig aantal sublexicale componenten en heeft een grammatica. Sommige gebaren zijn iconisch, maar de meeste zijn arbitrair. Het leren van het vocabulaire is dus vrijwel hetzelfde als voor spreektaal. Bij kinderen die een dove ouder hebben, loopt het taalverwervingsproces hetzelfde als bij spreektaal. Ze doorlopen dezelfde fases en maken dezelfde fouten.

Kinderen die een gebarentaal leren produceren wel eerder woordcombinaties en bereiken eerder het 10-woorden vocabulaire.