Criteria voor drangstoornissen: - onvermogen weerstand te bieden aan een impuls, drijfveer of verlieing om een handelin g uit te voeren die schadelijk is voor de betrokkene zelf of voor naderen - voor het uitvoeren ervan bestaat een toenemend gevoel van spanning of prikkelbaarheid - na het uitvoeren ervan treedt plezier, opluchting of voldoening op Een dranghandeling kan in strijd zijn met de wet of de goede zeden, waardoor de patinet ernaar streeft deze te verbergen.