Criteria voor dementie: - geheugenstoornis (bij niet corticale dementieen treedt dit niet op of later pas) - cognitieve stoornis: afasie, apraxie, agnosie of stoornis in executieve functies - cognitieve soornis veroorzaakt belangrijke beperking in sociaal of beroepsmatig functioneren en niet uitsluitnd voorkomend tijdens beloop van een delier